15 mrt Netwerkbijeenkomst 15 maart 2022: Loopbaanoriëntatie en -begeleiding
Op dinsdag 15 maart 2022 organiseerde OPeRA een online netwerkbijeenkomst met als thema ‘Loopbaanoriëntatie en -begeleiding’. De gastsprekers waren Marieke Siebrecht (adviseur aansluiting vo-hbo, HvA en lid werkgroep afstemming studiekeuzeactiviteiten), Mieke van Diepen en Daphne Wiersema (Lectoraat Kansrijke Schoolloopbanen in een Diverse Stad, HvA) en Mariëtte Huizinga en Nicky de Vries (Pedagogische wetenschappen, VU).
Korte samenvatting:
Mariëtte Huizinga en Nicky de Vries (VU) hebben LOB-praktijkvoorbeelden binnen het OPeRA-netwerk geanalyseerd en doen de volgende aanbevelingen om LOB verder te verduurzamen: 1) Ga efficiënt om met resources zoals tijd, budget en formatieplekken. Zet bijvoorbeeld op meerdere plekken op school in op LOB, 2) Versterk de samenwerking tussen voortgezet en hoger onderwijs, 3) Zet in op actieve betrokkenheid van ouders. Organiseer bijvoorbeeld een informatieavond die gericht is op de ouders als studiekeuzecoach, 4) Zet in op de kracht van samenwerking binnen OPeRA. Organiseer gezamenlijke activiteiten, zoals een beroepenmarkt, 5) Zet in op de ontwikkeling van een doorlopende leerlijn LOB, vanaf de onderbouw, zodat LOB en studiekeuzebegeleiding een meer integrale plek in de school krijgt. Aanbeveling 2 sluit goed aan bij de tool die de OPeRA-werkgroep ‘Afstemming studiekeuzeactiviteiten’ aan het ontwikkelen is. In deze tool worden studiekeuzeactiviteiten van het ho gekoppeld aan het keuzeproces en de loopbaanvragen van leerlingen in het vo. Het idee is dat een leerling zo concreet kan bekijken welke activiteit geschikt is bij de vraag of behoefte die hij/zij heeft. Bij aanbeveling 1, 3 en 5 sluit het onderzoek van de HvA goed aan, waarin onderzocht wordt hoe je LOB binnen de school van iedereen kunt maken. De centrale vraag is: wat hebben docententeams nodig om LOB van iedereen te maken?
Verslag ‘Afstemming studiekeuzeactiviteiten’
Er is een groot aanbod studiekeuzeactiviteiten vanuit het ho. Schooldecanen en mentoren geven aan vaak door de bomen het bos niet meer te zien, waardoor ze hun leerlingen in het keuzeproces niet optimaal kunnen verwijzen naar passend aanbod. Daarom is er in september 2021 een OPeRA-werkgroep gestart met als opdracht een hulpmiddel hiervoor te creëren. Marieke Siebrecht nam ons mee in de opbrengsten tot nu toe.
Op basis van beproefde LOB-modellen (uitgangspunten visie op LOB) en het aanbod van de ho-instellingen (welke vragen van leerlingen willen ze hiermee beantwoorden), heeft de werkgroep een theoretisch kader voor LOB gemaakt met vier stappen in het keuzeproces van een leerling, waar twaalf loopbaanvragen aan gekoppeld zijn. De stappen in het keuzeproces zijn niet lineair, en bewustwording van het zelfconcept is de rode draad.
Stappen in het keuzeproces | Twaalf loopbaanvragen |
Bewustwording zelfconcept (motieven- en kwaliteitenreflectie) | 1. Wat vind ik belangrijk? Waar sta ik voor? |
2. Waar ben ik goed in? Wat past bij mij (op dit moment)? | |
Bewustwording keuzeproces (loopbaansturing) | 3. Wat kan ik doen? Hoe pak ik het aan? |
4. Wat heb ik gedaan? Wat vond ik daarvan? Weet ik genoeg om te kiezen? | |
Breed exploreren (werkexploratie en netwerken) | 5. Wat kan ik (hier) studeren? |
6. Welk vervolgonderwijs is er? Wat wordt er van mij verwacht? | |
7. Wat is mijn eerste indruk? | |
8. Wie/wat kan mij helpen? | |
Diep exploreren (werkexploratie) | 9. Wat leer ik hier? Hoe leer ik hier? |
10. Wat kan ik ermee? | |
11. Wat moet ik (op tijd) regelen? | |
12. Hoe is het hier echt? Voel ik me hier thuis? |
Vervolgens heeft de werkgroep per ho-instelling het aanbod in beeld gebracht, en hierbij de leerling centraal gesteld: “Wat levert deelnemen aan deze activiteit mij op?” Daarbij heeft de werkgroep zeven overkoepelende termen bedacht, om het aanbod van de ho-instellingen inzichtelijker te maken, namelijk: 1) regionale voorlichting, 2) voorlichting op school, 3) exploratie via de website, 4) hulp bij studiekeuze, 5) open dag, 6) proefstuderen / meelopen en 7) exploratie na inschrijving.
Daarna heeft de werkgroep het ho-aanbod gekoppeld aan de loopbaanvragen, en zo een concepttool ontwikkeld (zie afbeelding). Het idee is dat een decaan of mentor met een leerling zo concreet kan bekijken welke activiteit geschikt is bij de vraag of behoefte die hij/zij heeft.

Voorbeeld concepttool
De concepttool is getoetst bij decanen en mentoren. Zij gaven aan dat de loopbaanvragen helder zijn en dat de koppeling van het ho-aanbod aan de loopbaanvragen helpt. Het belangrijkste aandachtspunt voor het vo is het in beweging krijgen van de leerling om zich te gaan oriënteren, maar daar is de tool geen oplossing voor. De belangrijkste aandachtspunten voor het ho zijn: bekijken welke loopbaanvragen er nu niet beantwoord worden met het huidige aanbod en hoe er kan worden aangesloten bij de taal van de leerling. De werkgroep gaat nu verder aan de slag met de vormgeving en borging van de tool.
Verslag ‘LOB is van iedereen’
Loopbaanbegeleiding (LOB) is van iedereen. Hier doen Mieke van Diepen en Daphne Wiersema onderzoek naar, met als centrale vraag: wat hebben docententeams nodig om LOB van iedereen te maken? Het onderzoek bestaat uit drie fases (voortraject, dialoogsessie en professionalisering), en omdat het een nog lopend onderzoek is, gaven Mieke en Daphne tijdens deze netwerkbijeenkomst alvast een sneak preview.
In het voortraject (fase 1) hebben de onderzoekers een aantal factoren in kaart gebracht waarom organisaties mee willen doen aan het onderzoek om LOB meer van iedereen te maken. ‘Ja’ zeggen tegen het traject betekent dat je met hulp van het onderzoeksteam gaat werken aan de volgende doelen:
1. Een visie op wat goede loopbaanbegeleiding omhelst en waarom.
2. Teamleden die deze visie kennen en omarmen.
3. Teamleden die zich bewust zijn van hun eigen rol binnen LOB (met als inzicht: LOB is van iedereen).
4. Teamleden met kennis en vaardigheden om uiting te kunnen geven aan deze rol.
In de dialoogsessies (fase 2) probeerden de onderzoekers zicht te krijgt op wat er leeft in een team rondom LOB: wat zijn de ideeën over LOB en waar worstelen ze mee? Per dialoogsessie namen er ongeveer tien tot vijftien medewerkers uit de organisatie deel, zoals de decaan, mentor, vakdocenten en coördinatoren. Het thema was “IK en loopbaanbegeleiding”. Er werd gebruik gemaakt van een spreekstok: alleen degene die de stok heeft, praat, zodat iedereen echt naar elkaar kan luisteren. Zo kunnen alle deelnemers open over hun eigen ervaringen spreken en luisteren naar hun collega’s. Mieke en Daphne gaven een aantal voorbeelden van wat er zoal gezegd werd tijdens deze gesprekken, we lichten er hier twee uit:
Decaan: “Ik voel me niet prettig bij het woord ‘expert’, ik voel me helemaal geen expert. Ik weet niet genoeg van LOB om mezelf expert te noemen. Ik weet ook niet of ik goed genoeg daarin ben, om ons docententeam daarover te leren en daarin mee te nemen.”
Docent/mentor: “Ik vraag me af wat nu eigenlijk de bandbreedte van LOB is. Want soms lijkt het heel klein en dan is het je studiekeuze, maar ik merk ook dat het heel groot is, en wat hoort er nu allemaal bij? Want als je in gesprek gaat met leerlingen, dan komt er ook heel veel voorbij uit het persoonlijk leven van leerlingen, problemen die daar spelen, en ik weet soms niet hoe ik daarop moet ingaan, want ik kan ze niet oplossen, maar hoor ze wel. Hoort dat dan bij LOB?”
De informatie uit deze dialoogsessies gaf belangrijke input voor fase 3: het professionaliseringstraject. Hierin ging het team zelf aan de slag met de bovengenoemde doelen om uiteindelijk loopbaanbegeleiding meer van en voor iedereen te maken.
Verslag ‘Praktijkvoorbeelden LOB binnen het OPeRA-netwerk geanalyseerd’
De OPeRA-werkgroep Studiekeuzebegeleiding ontwikkelde in 2019 een model om LOB en studiekeuzebegeleiding binnen het voortgezet en hoger onderwijs vorm te geven. Uit een inventarisatie in 2020 bleek dat er behoefte was aan praktijkvoorbeelden en inzicht in de werkzame elementen van deze voorbeelden. Dat hebben Nicky de Vries en Mariëtte Huizinga onderzocht.
Er is een vragenlijst verspreid onder partnerscholen van OPeRA, die ingevuld is door zeven schoolleiders en 23 decanen. Daarnaast zijn er diverse focusgroepgesprekken gehouden: één in het ho (met LOB-coördinatoren van vier verschillende instellingen) en vijf in het vo (met decanen, schoolleiders, docenten en leerlingen van tien verschillende scholen). Hieruit bleek dat scholen veel verschillende activiteiten aanbieden en dat daarbij met name decanen en mentoren betrokken zijn. Uit analyse van effectieve LOB-activiteiten komen o.a. drie randvoorwaarden en zeven kenmerkende aspecten naar voren:
Randvoorwaarden:
1. Autonomie: geef leerlingen zelf ruimte om op bepaalde aspecten een keuze te maken, maar sla hier vooral niet in door: leerlingen willen niet te vrij gelaten worden, ze willen soms ook juist iets ‘moeten’ doen.
2. Rol van ouders: het is belangrijk dat je hier als school zicht op hebt, maar dit is lastiger te bereiken.
3. Doorlopende leerlijn vanaf onderbouw: zodat je terug kan grijpen op vaardigheden die eerder zijn aangeleerd.
Kenmerkende aspecten
1. Ervaren en netwerken (bijvoorbeeld middels een meeloopdag of proefstuderen).
2. Ontwikkeling van zelfkennis.
3. Contact met oudere leerlingen en studenten.
4. Gesprekken met volwassenen.
5. Goede informatievoorziening.
6. Ontwikkeling van reflectievaardigheden (reflectie is altijd belangrijk, na elke activiteit: niet alleen via een verslag, maar juist ook via een gesprek).
7. Interactief en activerend aanbod (het is belangrijk dat leerlingen zelf actief aan de slag gaan).
Deze aspecten komen op verschillende vlakken terug in het OPeRA-LOB-model:
Om LOB verder te verduurzamen, doen Nicky en Mariëtte de volgende aanbevelingen:
1. Ga efficiënt om met resources zoals tijd, budget en formatieplekken. Zet bijvoorbeeld op meerdere plekken op school in op LOB.
2. Versterk de samenwerking tussen voortgezet en hoger onderwijs.
3. Zet in op actieve betrokkenheid van ouders. Organiseer bijvoorbeeld een informatieavond die gericht is op de ouders als studiekeuzecoach.
4. Zet in op de kracht van samenwerking binnen OPeRA. Organiseer gezamenlijke activiteiten, zoals een beroepenmarkt.
5. Zet in op de ontwikkeling van een doorlopende leerlijn LOB, vanaf de onderbouw, zodat LOB en studiekeuzebegeleiding een meer integrale plek in de school krijgt.
Meer onderzoeksresultaten, korte praktijkvoorbeelden en uitgebreide praktijkportretten vind je in het rapport Loopbaanoriëntatie en -begeleiding: Praktijkvoorbeelden binnen het OPeRA-netwerk geanalyseerd.
Kijk hier de netwerkbijeenkomst terug:
Download hier de presentaties en het rapport:
- Presentatie van Marieke Siebrecht ‘Overzicht aanbod studiekeuzeactiviteiten in het keuzeproces‘
- Presentatie van Mieke van Diepen & Daphne Wiersema ‘LOB is van iedereen‘
- Presentatie van Nicky de Vries & Mariëtte Huizinga ‘Praktijkvoorbeelden LOB binnen het OPeRA-netwerk geanalyseerd‘
- Het rapport Loopbaanoriëntatie en -begeleiding: Praktijkvoorbeelden binnen het OPeRA-netwerk geanalyseerd
Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.